Jachthondenwinkel Hunter & Co
Manegeweg 1a,  8171 ND  Vaassen

     


De Nederlandse Pointer Club organiseert verschillende activiteiten voor haar leden zoals:

  1. een clubmatch
  2. verschillende veldwedstrijden
  3. een wandeling
  4. een algemene ledenvergadering
  5. het uitgeven van een clubblad (Pointerklanken)

 

 


1938 NEDERLANDSE POINTER CLUB 2013

75 JAAR

Het Jubileumjaar loopt al bijna weer op het einde. Het is echter nooit te laat om belangrijke historische gebeurtenissen aan het papier toe te vertrouwen en in dit geval de leden van de NPC te informeren welke belangrijke rol de Pointer door de eeuwen heeft gespeeld in de hoedanigheid als Jacht- en Wedstrijdhond.

Peter J. Eering

Geraadpleegde literatuur:
De Fieldtrials en Hondenrennen in Nederland door P.W. Waller
De Pointer door Hubert J.G. Hoenen
Jubileumboek NPC 1978
Jubileumboek NPC 1988
Archief Jan van Haren


HISTORIE VAN DE POINTER ALS JACHT- EN WEDSTRIJDHOND
(Deel 1, vanaf het begin tot 1970)

Oude prent van een patrijzenjacht met Pointers

De Pointer is van oudsher een graag geziene jachtvriend. In het verleden, en dan hebben we het over de 18e en 19e eeuw en het begin van de 20ste eeuw, voornamelijk in gebruik bij de elite van de Nederlandse samenleving. De ideale staande hond voor de jacht op patrijzen, snippen, houtsnippen en fazanten. In die tijd was Nederland nog niet geheel opgedeeld in grote rechtlijnige landbouwpercelen en gecultiveerde natuur zoals we dat vandaag de dag ervaren moeten. En wild was er toen in voldoende mate aanwezig om een verantwoorde hoeveelheid daarvan te oogsten. Maar dan moest er wel een hond zijn die dat wild kon vinden. Want de te bejagen nog ongerepte en natuurlijke velden waren voor een deel groot en onbebouwd, afgezien van de kleinschalige landbouwpercelen die toen bij de boeren in gebruik waren. Maar daar konden de kleiner jagende staande honden zoals de Drentsche Patrijshond heel goed mee overweg.

Tegen het einde van de negentiende eeuw kwamen een aantal jachtheren op het idee om de kwaliteit van hun Staande Honden te testen tijdens wedstrijden. Tijdens een vergadering in het Amstel Hotel in Amsterdam op 28 juni 1877 werd besloten tot; het organiseren van samenkomsten tot keuring van Jachthonden in het veld. En zo kwam de eerste wedstrijd voor Staande Honden op 24 augustus 1878 in het Heemskerkerduin te Castricum tot stand. Veldwedstrijden voor alle Staande Honden Rassen, maar in 1880 werd tijdens een wedstrijd in het Zandvoortsche Duin vastgesteld dat het laten lopen van Duitse Staande Honden tegen Engelse Staande Honden voor de keuring grote bezwaren opleverde. Dat leidde er toe dat vanaf 1883 de Engelse en Duitse Staande Honden tijdens de wedstrijden in verschillende klassen werden ingedeeld. Dat de Pointer toen ook al een geliefde jachtkameraad was bleek wel uit de deelname van veel Pointers tijdens deze eerste wedstrijden. In die tijd nog een sport voor jachthonden waaraan voornamelijk de Nederlandse elite aan deelnam. Zij waren de enigen die het zich konden permitteren om Pointers te bezitten. Geldprijzen en zelfs gouden bokalen waren prestigieuze trofeeën voor de winnende voorjagers. Onder deze veel grote namen uit de jacht- en hondenwereld. Prins Albrecht zu Solms wint in 1881 met zijn Pointer Naso III een Schilderij t.w.v. Fl. 400,--. Een wedstrijd om de Diana Prijs, waaraan alleen mocht worden deelgenomen wanneer een hond op een tentoonstelling een 1e prijs had gewonnen. Zijn Pointer Naso II werd 2e. Ook de vooraanstaande Pointerman F.C. Lowe, secretaris van de “ International Pointer and Setter Society”, die in 1888 de Bang Bang of Kippen voorjoeg en in 1890 de Pointer Sir Thomas of Kippen.

 W. ArkwrightF. C. Lowe

En Wm. Arkwright niet te vergeten die in 1895 uitkwam met Merbes Black Pearl tijdens een internationale fieldtrial in Stein en op 10 april 1897 met Brabo of Antwerp. In die jaren veel MEIRELBEKE Pointers van de Belgische fokker H. Drory en meest ook door hem voorgejaagd. OVERVEEN Pointers werden voorgejaagd door de fokker G.J. van der Vliet uit Overveen maar ook door F.C. Lowe, zij deden veel samen op het gebied van de Pointer fokkerij. H.P. Berlage uit Hilversum jaagt naast Engelse en Gordon Setters ook Pointers voor. Naast zijn optreden als jurylid jaagt F.W.C.H. Baron van Tuyl van Serooskerken ook diverse Pointers voor. En niet te vergeten Jhr. P. Quarles van Ufford die o.a. met zijn Pointer Fly mooie resultaten behaalde. En vele andere min of meer bekende families uit de Nederlandse en Belgische oudheid; J. Barbou de Roosteren uit Roosteren, Baron Alph. De Rosen uit Tongeren, W. Boissevain uit Baarn, Jhr. H.M. Huydecooper uit Amsterdam, Edw. Van Hoboken van Oudelande uit Scheveningen. En vele voorjagers met Pointers uit alle West Europese landen die op de Nederlandse Internationale Kampioenschap Wedstrijden afkwamen. Georganiseerd door De Koninklijke Nederlandsche Vereniging “Nimrod”, die toonaangevend was in Europa in die jaren m.b.t. het organiseren van veldwedstrijden voor Staande Honden. Dat gaat zo door tot aan het begin van de 1e wereldoorlog, waarmee een eind kwam aan die bloeiperiode. Gedurende die tijd werden er ook steeds meer wedstrijden georganiseerd door Rasverenigingen, in het begin nog onderlinge wedstrijden maar later ook kampioenschap wedstrijden.

Maken we een sprong naar het begin van de N.P.C. in 1938, dan zien we nog maar weinig publicaties over de Pointer als jacht- en wedstrijdhond. C.A.A. Dudok de Wit, J.F Dudok van Heel en de heer A. Coppens jagen nog met Pointers, waarvan de laatste het initiatief nam tot de oprichting van de NPC in 1938.
Samen met Kapitein Verwey probeerde hij de belangstelling voor de Pointer in Nederland weer nieuw leven in te blazen. Helaas werd de 2e wereldoorlog spelbreker.

In de periode na de heroprichting van de Club in 1947 door Eef van Schuppen, is er niet veel terug te vinden over de Pointer als jacht- en wedstrijdhond. Met de heren Verwey en Schlimmer proberen zij met geïmporteerde Pointers de Pointer weer aanzien te geven in de Nederlandse velden. Patricia van de heer Schlimmer weet zich in 1949 te kwalificeren tijdens een jeugdwedstrijd.

EefPatricia

Maar in de vijftiger en zestiger jaren zien we toch nog weinig tot geen Pointers in het veld. Het zijn de op kleiner bestek jagende Continentale Staande Honden die meer in de belangstelling staan van de jagers en voorjagers. Door de decennia heen was het werk van deze staande honden sterk aan kwaliteit verbeterd. De jacht in Nederland werd beperkter en de jachtvelden kleiner door de toenemende industrialisatie en cultivatie van elk stukje grond. Een noodzaak door de sterke bevolkingstoename van na de oorlog.
Het duurt tot het einde van de zestiger jaren als we weer Pointers zien opduiken in handen van de toenmalige bestuursleden van Grevenbroek, van Berkel en natuurlijk ook weer van Schuppen. Zij zorgden voor nieuwe impulsen om het dual purpose karakter van de Pointer te bewaren. Een aan te moedigen om de Pointer als jacht- en wedstrijdhond te gebruiken. In het najaar van 1967 jaagt Dr. Ten Cate, toen ook nog voorjager van Duitse Staande Kortharen, een geïmporteerde Pointer voor. Isle of Arran’s Dehlia gefokt door Lady Jean Fjorde presteerde heel fraai door als beste Staande Hond een najaarswedstrijd te winnen. En in 1968 wordt Dehlia zelfs de op één na beste Staande Hond en zet in 1969 de kroon op het werk door Veldwedstrijd kampioen van dat jaar te worden.

 Dehlia

Deze prestaties van Dehlia en Dr. ten Cate alsmede de eerste veldproef van de NPC op 27 april 1968 waren wel de belangrijkste stimulansen voor enkele liefhebbers om weer met hun Pointers in het veld te komen. De eerste veldproef in het bestaan van de NPC kon worden gehouden in de landbouwvelden van het landgoed Nederrijk bij Groesbeek waar de jachtrechten in handen waren van de heren Jurgens en Sassen. 12 Pointers, meest z.g.n tentoonstelling honden, waren gemeld door hun voorjagers die hun kunnen toonden aan de juryleden Freule van der Heyden van Doornenburg en de heren Schlimmer en van der Veen Meerstadt. De velden droog en het wild bood weinig kansen aan de honden. Toch kon de jury zich tevreden tonen over de gemiddelde kwaliteit van de voorgejaagde Pointers.

GROESBEEK 1968GROESBEEK 1968 0001


Dingena van de Veldrivalen van de heer Mulder, Wendy van de Veldrivalen van de heer Kooi en Bullie van de Sonse Bergen van de heer van Rijssel maakten een goed punt op Patrijzen en toonden een voldoende zoekwijze. Isle of Arran’s Due van de heer Schlimmer werd geroemd om zijn snelheid en volharding in de zoekwijze.
Zo ontstaat er een groep van zo’n tien liefhebbers van de werkende Pointer daaraan voegde zich de heer van Engelen toe, die naast zijn Duitse Staande Kortharen, zich de Pointer Duc van de Veldrivalen aanschafte. Hij raakte daardoor zo in de ban van de Pointer dat hij nooit meer met een andere staande hond heeft gejaagd, bos, water of vlakjacht. Het maakte niet uit, zijn Pointer kon alles aan. Later fokte hij Pointers onder de kennelnaam From Danish Fields.

Aangemoedigd door het succes van de eerste veldproef, nog geen wedstrijd dus, werd in het najaar van 1969 er weer één gehouden in de mooie velden van Groesbeek waar de NPC nog vele jaren te gast zou zijn. 8 Pointers meldden zich met hun voorjagers en werden op hun werk beoordeeld door de heer van Grevenbroek. Dehlia van dr. ten Cate stal de show. De jury liet zich daarnaast lovend uit over de Pointers Anka van de Veldrivalen van de heer Kooi, Nienke van de Veldrivalen van dr. van der Wal, Diana van de Cortis Vitus van dr. van Berkel, Alex van de Venbergse Hoeve van de heer van Loon.

En dan gebeurt er in 1970 iets wat later van groot belang zou blijken te zijn voor de Pointer als wedstrijdhond in Nederland. Alle besturen van de NPC hebben daarna een beleid gevoerd op basis van de uitspraak van Ben van Grevenbroek. Daar plukt het ras nu nog steeds de vruchten van !

Tijdens een Field Trial Comité Vergadering in 1970 wordt de Pointer een derderangs jachthond genoemd. Het schiet de heer Grevenbroek in het verkeerde keelgat en trekt fel van leer tegen de opmerking dat een apporterende Pointer derderangs zou zijn. Hij vindt bijval bij de heren Gerritsen en Schlimmer, beiden keurmeester voor veldwedstrijden voor staande honden.

Het citaat en de reactie van de heer van Grevenbroek op deze uitspraak van het FTC:

“Wij Pointermensen; Kooi, vd Wal, van Berkel moeten dus vooral bij de voorjaarswedstrijden mee gaan doen, gewoon meedoen en niets aantrekken van de animositeit. Wij weten wat onze Pointers waard zijn en wij zullen onze plaats waarmaken. Een als het dit jaar niet is, dan volgend jaar. De wedstrijddata opvragen bij het FTC en inschrijven ! En laat ze dan in Duitse Staande kringen maar kletsen over een derderangs Pointer die het werk van een Duitse Staande doet. Ik beschouw dit als een gevoel van onbehagen van hen voor een geducht concurrent.”

Gelukkig bestaat die animositeit vandaag de dag niet meer bij de voorjagers van de Continentale Staande Honden rassen. Want na deze gedenkwaardige periode gaat het langzaam bergopwaarts met de kwaliteit en het aantal Pointers dat met succes aan wedstrijden meedoet en door jagers weer in gebruik is. Dat laatste helaas in beperkte mate omdat inmiddels de fazant nog het enige veerwild is waarop in Nederland mag worden gejaagd.

HISTORIE VAN DE POINTER ALS JACHT- EN WEDSTRIJDHOND
(Deel 2, de 70er en 80er jaren)

Van Grevenbroek liet het niet bij woorden. In 1970 vindt er weer een veldproef plaats in Groesbeek waaraan acht Pointers meedoen met gemiddelde kwaliteit, waarvan er drie bejaagde Pointers zijn. De heer Ben Pon stelt in januari 1971 zijn velden beschikbaar in de Flevopolder voor een jachtdag voor Pointer voorjagers. Een goede voorbereiding want de 
eerste officiële wedstrijd Quête à la Francaise, waaraan ook Pointers konden deelnemen, wordt op 3 april 1971 gehouden. Georganiseerd door de Breton Club Nederland. En gelijk groot succes voor de Pointers; 1-Zeer Goed Isle of Arran’s Dehlia nu voorgejaagd door de heer Maks, 2-Zeer Goed voor Whitefield Panda van het Belgische lid de heer Groenen en zelfs een 3e Zeer Goed voor Diana Cortis Vitus van dr. van Berkel. De toon was gezet men kon niet meer uit onder de kwaliteit van de Pointer in Nederland als wedstrijdhond. 
De NPC organiseert dan op 15 april 1972 haar eerste eigen wedstrijd Quête à la Francaise in de bekende velden in Groesbeek, waar jachtopziener Jan Vissers de scepter zwaaide en exact wist waar de patrijzen zaten. 11 Pointers met voorjagers uit binnen- en buitenland werden beoordeeld door de jury Rooyakkers en Prins. En zij waren vol lof over het getoonde werk hoewel er geen Pointers konden worden gekwalificeerd. En zo gaat het door in de zeventiger jaren van de vorige eeuw. Er komen nieuwe voorjagers bij en naast de eigen wedstrijd in Groesbeek staat de wedstrijd van de Breton Club in Horst ook elk jaar open voor deelname door Pointers. En daar wint in 1973 Apolonia’s Cita van de heer Streijvers met 1-Goed. En blijft een Duitse Staande Korthaar voor die met 2-Goed genoegen moest nemen. Dat zal de heer van Grevenbroek veel deugd hebben gedaan. En dat Cita een goede was bewees deze Pointer door in 1974 Groesbeek te winnen met 1-Zeer Goed met CACT, dat kon toen nog met een ZG. Ook tijdens deze wedstrijd weer nieuwe voorjagers, aangestoken door het succes van de Pointers. Henk Dijkstra, keurmeester van veldwedstrijden voor Staande Honden en jarenlang de enige valkenier in Nederland die met zijn slechtvalk nog de hoge vlucht jacht uitoefende samen met zijn Pointer Stella van Majuba.

Henk Dijkstra

jessica 5Stella

Hij levert in april 1975 een unieke prestatie door met Stella een wedstrijd te winnen met het CACIT. Dat was nog niet eerder voorgekomen, maar wel tekenend voor de stijging van de kwaliteit van de Pointers in Nederland. In de 2e helft van de zeventiger jaren echter loopt het enthousiasme voor de veldwedstrijden toch wel terug. Nog een enkele voorjager is actief. En pas in 1979 wordt er, op initiatief van dr van Berkel weer een wedstrijd gehouden in Groesbeek die werd gewonnen door de Belgische Pointerman Franz Groenen met Zitas Monica, 1 Zeer Goed. Pieter Rooyakkers werd 2e met Nestor met de kwalificatie Goed.

In 1981 volg ik Eef van Schuppen op als voorzitter van de NPC. Daarnaast werden de vacatures in het bestuur aangevuld met nieuwe bestuursleden. Unaniem waren we van mening dat er wat aan moest worden gedaan om de NPC en de Pointers in Nederland weer nieuw leven in te blazen. Dual Purpose was de lijn die we volgden. We blijven gebruik maken van de velden in Groesbeek, maar de Patrijzenstand daar liep sterk terug, zoals in zoveel jachtvelden in Nederland. Niettemin blijft we de jaarlijkse wedstrijd daar in stand, maar als aanlegproef en novice wedstrijd. Jan Verwimp één van de nieuwe bestuursleden slaagt er in om nieuw veld beschikbaar te krijgen in en om Ossendrecht, waar nog van een redelijk goede patrijzenstand sprake was. 
Er worden cursussen georganiseerd samen met de Setterclubs om voorjagers belangstelling en ervaring bij te brengen in het voorjagen van Britse Staande Honden. Een zeer tijdrovende zaak in vrijwel uitsluitend industrie terreinen hetgeen in die tijd nog wel mogelijk was.

Zo ontstaat er een andere categorie voorjagers. Voorheen waren het de praktiserende jagers die hun Pointers uitbrachten maar in de tachtiger jaren zijn er meer en meer voorjagers die puur uit belangstelling voor het prachtige werk van de Pointers zich bekwamen in het veldwerk.

In 1982 is er nog een wedstrijd in Groesbeek waar naast de ervaren voorjagers welke de gebroeders Franz en Guy Groenen zijn, een aantal nieuwelingen hun Pointers voorbrengen. George Biever met Whitefield Eugenia, Gerard Baan met Manza vom Hammersheim, Vitesse Karistua van mezelf en Vesta Karistua van Kompagne. Leo van Gammeren jaagt Umbra Karistua voor, maar geen van deze Pointers wisten zich te plaatsen. 
In 1983 en 1985 behaalt Franza Groenen met Kragheden Mak en Whitefield Hipp fraaie resultaten in de de Nederlandse wedstrijden en de Grande Quête wedstrijden in het buitenland

Later in de tachtiger jaren voegen zich weer nieuwe voorjagers toe zoals Piet Ros met Magnus van de Sonse Bergen, John van der Hurk met Xavier Karistua en Rob Duurland met Xiphias Kder Karistua. Al deze “nieuwelingen” in de wedstrijdvelden konden hun Pointers nog niet plaatsen. In 1984 slaagt Mevrouw Verwimp-Christiaans er wel in om met haar Pointer Whitefield Glenn een Eervolle Vermelding te halen. Later behaalt deze Pointer, voorgejaagd door Jan Verwimp, nog een 3e Zeer Goed tijdens een wedstrijd van de Epagneul Breton Club. En in 1987 zelfs tweemaal een CACT tijdens wedstrijden in Nederland.

Glenn

Het was één van de laatste wedstrijden in Groesbeek waar naast Glenn ook Umbra nog meedeed, maar voor het overige uitsluitend buitenlandse Pointers, zonder resultaat. Dat kwam deels ook door gebrek aan wild.
In 1985 treed de NPC toe tot de Internationale Pointer Club, welke jaarlijks een Europees Kampioenschap Grande Quête uitsluitend voor Pointers organiseert. Door de aansluiting daarbij werden de Internationale contacten verstevigd en ontstond er bij de Nederlandse liefhebbers meer inzicht over de te stellen eisen aan de fokkerij om met succes op enig niveau mee te kunnen doen. Niet alleen in de Grande Quête maar zeker, en voor ons belangrijker, in de wedstrijdvorm Quête à la Francaise en de Quête de Chasse.
Zo importeerde ik samen met Jan Verwimp, Frecchia del Vento, een al wat oudere teef die de africhting al achter de rug had. Zij liep als Nederlandse Pointer de eerste kwalificatie in een Grande Quête wedstrijd in België en ik wist later nog enkele Quête Francaise wedstrijden met haar te winnen in Nederlandse velden.

Frecchia

In 1986 wordt een extra dimensie toegevoegd aan de wedstrijden van de NPC. Dave van ’t Land stelt zijn jachtveld in de NOP beschikbaar voor een najaarswedstrijd. In de jeugdklas jaagt Hans Haarbrink met succes zijn jonge Pointer Blackfield Pigeon voor en wint met 1- Zeer Goed en is er een derde plaats met Goed voor mijn Carmen Karistua. In ’87 een 2e Goed voor Vlakland’s Elice van Dave van ‘t Land en een Eervolle Vermelding voor Arrow Karistua van Jan Verwimp.

Arrow Karistua

Ik jaag in Duitsland bij de DPC tijdens een jeugdwedstrijd Arrow en April Karistua voor en zij werden beloond met 1-Zeer Goed en 2-Zeer Goed. Een 3e plaats met Zeer Goed was weggelegd voor Zebulon Karistua van Theo Kerklaan tijdens een wedstrijd in Duitsland. Aan het einde van de tachtiger jaren zijn er nog enkele aansprekende resultaten door Nederlandse Pointers, maar de animo om met Pointers te jagen en te wedstrijden loopt terug. Gelukkig gaan nog enkele liefhebbers door. Het 1986 was bijzonder succesvol voor de geïmporteerde Samba del Vento van Rob Duurland. Hij wint de wedstrijd in Dinteloord van de Ierse Setter Club en ook de wedstrijden in Waterloo, Petrieux en Pommersfelden. En Wim Joustra wint met de geïmporteerde Quenta een Grande Quête wedstrijd in Reims met 1-Uitmuntend. De Pointers Quenta, Blackfield Pigeon, Whitefield Hipp en Whitefield Glenn zij blijven zich kwalificeren in de velden in binnen- en buitenland. Ook Whitefield Islaine, Falkner’s Mike en Zebulon Karistua voegen zich daarbij in het laatst van de tachtiger jaren.

En er is een goede fokbasis ontstaan. Dankzij de importen uit en het fokken met zeer belangrijke buitenlandse bloedlijnen zoals; Whitefield, Blackfield, Clastidium, Boga’s, Ferreo’s, del Vento, della Cisa, Zita, Della Gaia, del Azor, Oksby en Kragheden, is er toch een brede fokbasis ontstaan. Ook uit de Engelse lijnen van Toberdoney, Isle of Arran, Cravendale, Crookrise en Stonethorpe. Daardoor konden Nederlandse fokproducten met succes voor de jacht worden ingezet en vormden een geduchte concurrent in de veldwedstrijden. Nederlandse Pointers van de 70/80 -tiger jaren zoals; Fieldstone, Venbergse Hoeve, van de Veldrivalen, Hoefijzer, from Danish Fields, van de Sonse Bergen, van het Oude Bildt, van de Kievitsham, van de Swarte Jagher, van het Hoenshof, Hyppolita, Zebs County en Vlakland’s, vormden de basis voor de latere zo succesvolle fokproducten. Dual purpose; want niet alleen in het veld zijn er aan het einde van de vorige eeuw grote successen behaald, met dezelfde Pointers werden ook aansprekende resultaten behaald tijdens tentoonstellingen.

HISTORIE VAN DE POINTER ALS JACHT- EN WEDSTRIJDHOND
( Deel 3, 1990 tot heden)

 

In deze periode blijkt dat de basis is gelegd voor de kwaliteit van Pointers in handen van Nederlandse voorjagers. In het laatste decennium van de vorige eeuw zijn het de Pointers in handen van de Franz en Guy Groenen, Jan Verwimp, Rob Duurland, Peter Eering, Theo Kerklaan, Wim Joustra, Hans Haarbrink en Robert van Waardenberg die met grote regelmaat zich wisten te kwalificeren in binnen- en buitenland. Later in dat decennium voegden zich daar de Pointers bij van een nieuwe generatie voorjagers; Jan van Haren, Leny Groot- van Leyden, Leo Arens, Dave van ’t Land en Mick Quin.
In deze periode springen vooral de fraaie prestaties van de eigen fokproducten van de fam. Joustra, Marit en Mohawk, er uit. Ook het fokproduct uit onze kennels Edo Karistua en de importreu Takese Uno lieten zich niet onbetuigd.
Het zou onoverzichtelijk worden om deze resultaten in verhaalvorm weer te geven en met hulp van Jan van Haren daarom het volgende overzicht van de behaalde resultaten tijdens kampioenschap wedstrijden:

1990 - Whitefield Hipp Eig./Voorjager F. Groenen
10-03-’90 Deurne Q.F. 1U
16-03-’90 Berg en Well Q.F. 1U CAC-CACIT
voorjaar’90 Coupe d’Europe-Fr G.Q. 1ZG

Quenta Eig./Voorjager W. Joustra
18-03-’90 Bellegem-B Q.F. 1U CAC
21-03-’90 Walhain-B Q.F. 1 ZG
28-04-’90 Dinteloord Q.F. 1U

Blackfield Pigeon Eig./Voorjager H. Haarbrink
18-08-’90 Gombeth-D Q.F. 3ZG

1991 - Clastidium Land Eig./Voorjager F. Groenen
22-03-’91 Bergen en Well Q.F. 3ZG

Edo Karistua Eig./Voorjager P. Eering
22-03-’91 Bergen en Well Q.F. 1U

Blackfield Pigeon Eig./Voorjager H. Haarbrink
27-04-’91 Dinteloord Q.F.k 1ZG
24-08-’91 Gombeth-D Q.F. 3U
14-09-’91 Lanaken-B Q.F. 1U
najaar’91 Alessandria-I Q.Ch.k. ZG

Aron Eig./Voorjager H. Haarbrink
25-08-’91 Gombeth-D Q.F. 2ZG


Quenta Eig./Voorjager W. Joustra
16-03-’91 Bellegem-B Q.F. 1ZG
20-04-’91 Autre Eglise-B Q.F. 2U
27-04-’91 Steenbergen Q.F. 1ZG

Mohawk Eig./Voorjager W. Joustra
17-03-’91 Chassart-B Q.F. 3ZG
22-03-’91 Oucqes-Fr G.Q. 3ZG
01-04-’91 Damville –Fr Q.F. 1ZG
24-08-’91 Gombeth-D Q.F. 1U

Marit Eig./Voorjager W. Joustra
07-04-’91 Walhain St. Paul-B G.Q. 2ZG
21-04-’91 Gembloux Q.F. 1ZG

1992 - Marit Eig./Voorjager W. Joustra
01-03-’92 Gembloux-B Q.F. 1ZG
16-03-’92 Ossendrecht Q.F ZG
27-03-’92 Pommersfelden-D G.Q. ZG
03-09-’92 Ronquerolles-Fr Q.F.k. 1U CAC-res.CACIT
05-09-’92 Froissy-Fr Q.F.k. 1ZG

Edo Karistua Eig./Voorjager P. Eering
07-03-’92 Bergen en Well Q.F. 1ZG
11-04-’92 Vildbjerg-Dk Q.F.k. ZG
12-04-’92 Vildbjerg Q.F.k. U
23-08-’92 Gombeth Q.F.k. 1U CAC-CACIT

Whitefield Hipp Eig./Voorjager F. Groenen
07-03-’92 Berg en Well Q.F 1U
08-03-’92 Bellegem-B Q.F. 1U–CAC
13-03-’92 Bergen en Well Q.F. 1U
160-3-’92 Ossendrecht Q.F. 1U-CAC-CACIT

Mohawk Eig./Voorjager W. Joustra
07-03-’92 Berg en Well Q.F 2ZG
16-03-’92 Ossendrecht Q.F. 2U res.CAC
17-04-’92 Peronne-Fr Q.F.k. U
22-08-’92 Gombeth-D Q.F.k. 2U
23-08-’92 Gombeth-D Q.F.k. 1U CAC- res.CACIT
03-09-’92 Ronquerolles-Fr Q.F.k. 1U CAC-CACIT

Quenta Eig./Voorjager W. Joustra
07-03-’92 Berg en Well Q.F 3ZG
16-03-’92 Ossendrecht Q.F U
25-04-’92 Steenbergen Q.F. 2U

Athena Eig./voorjager R. v. Waardenberg
11-04-’92 Vildbjerg-Dk Q.F. k. ZG
13-04-’92 Ringe-Dk Q.F. k. U

Blackfield Pigeon Eig./Voorjager H. Haarbrink
11-04-’92 Vildbjerg-Dk Q.F. k. 1U
12-04-’92 Vildbjerg-Dk Q.F. k. U
12-09-’92 Almkerk Q.F. G

1993 - Athena Eig./voorjager R. v. Waardenberg
20-03-’93 Deurne Q.F. 2G

Clastidium Land Eig./Voorjager F. Groenen
20-03-’93 Deurne Q.F. 1U-CAC-CACIT

Quenta Eig./Voorjager W. Joustra
voorjaar’93 Gembloux Q.F. 2U
22-08-’93 Wittelsberg Q.F. k. 2ZG

Edo Karistua Eig./Voorjager P. Eering
24-09-’93 Almkerk Q.F. k. 1ZG

1994 - Quenta Eig./Voorjager W. Joustra
19-03-’94 Deurne Q.F. 4ZG

Edo Karistua Eig./Voorjager P. Eering
19-03-’94 Deurne Q.F. 1U
23-04-’94 IJzendijke Q.F. 2ZG
11-09-’94 Waterloo-B Q.Ch. 2U res.CAC
01-10-’94 Rilland Q.Ch.k. 2U

Mohawk Eig./Voorjager W. Joustra
29-03-’94 Malherbes-Fr Q.F. 1U
23-04-’94 IJzendijke Q.F.k. 2ZG
11-09-’94 Waterloo-B Q.F. 3ZG

Marit Eig./Voorjager W. Joustra
06-03-’94 Gembloux-B Q.F. 1ZG
11-03-’94 Bergen Q.F. 1U
23-04-’94 IJzendijke Q.F. 3ZG

Whitefield Hipp Eig./Voorjager Fr. Groenen
01-10-’94 Rilland Q.Ch k. 1U-CAC-CACIT
( Eur.Ch.:Ch.P. ’94 )
1995 - Edo Karistua Eig./Voorjager P. Eering
04-03-’95 Bergen en Well Q.F. 3ZG
05-03-’95 Gembloux-B Q.F. 1U-CAC-res.CACIT
29-04-’95 Steenbergen Q.F. 1U
27-08-’95 Wittelsberg-D Q.F. k. 1U-CAC-CACIT
03-09-’95 Waterloo-B Q.F. k. 1U
10-09-’95 Waterloo-B Q.Ch. 3ZG
15-09-’95 Almkerk Q.Ch. 1U
23-09-’95 Lambsheim-D Q.Ch.k. 3U
Mohawk Eig./Voorjager W. Joustra
27-08-’95 Wittelsberg-D Q.F. k. 2U

Marit Eig./Voorjager W. Joustra
04-03-’95 Bergen en Well Q.F. 2U
05-03-’95 Gembloux-B Q.F. 2U

Athena Eig./voorjager R. v. Waardenberg
01-10-’95 Waanroden-B Q.Ch. 3ZG
07-10-’95 Lanaken-B Q.Ch. 2ZG

Clastidium Land Eig./Voorjager F. Groenen
04-03-’95 Bergen en Well Q.F. 1U
05-03-’95 Gembloux-B Q.F. 2ZG

1996 - Inka Karistua Eig./Voorjager P. Eering
23-03-’96 Deurne Q.F. 2ZG

Mohawk Eig./Voorjager W. Joustra
23-03-’96 Deurne Q.F. 1ZG
27-03-’96 Chassart-B G.Q. 3ZG
30-03-’96 Chassart-B ( Coupe d’Europe ) G.Q. G.
06-10-’96 Dames Avelines-B Q.F. 2ZG
12-10-’96 Waterloo-B Q.F. 1U-CAC

Edo Karistua Eig./Voorjager P. Eering
10-03-’96 Upigny-B Q.F. 1U
17-03-’96 Petrieux-B Q.F. 1ZG
22-03-’96 Steenbergen Q.F. 1ZG
23-03-’96 Deurne Q.F. 3G
16-09-’96 Steenbergen Q.Ch. 1U

Takese Uno Eig./Voorjager P. Eering
14-09-’96 Almkerk Q.Ch. 1 G

Aron Eig./Voorjager H. Haarbrink
14-09-’96 Almkerk Q.Ch. 2G
03-11-’96 Auenheim Pointer Championat Q.Ch 2ZG

Ginger Karistua Eig./Voorjager L. Groot
06-10-’96 Dames Avelines-B Q.F. 1U

Semeghini Manuela Eig./Voorjager W. Joustra
06-10-’96 Dames Avelines-B Q.F. 1ZG

1997 - Nadir delle Torricelli Eig./Voorjager F. Groenen
08-03-’97 Well Q.F. 1ZG
14-03-’97 Well Q.F. 1U-CAC
Voorjaar’97 Upigny-B Q.F. 1U-CAC

Takese Uno Eig./Voorjager P. Eering
08-03-’97 Well Q.F. 3G

Inka Karistua Eig./Voorjager P. Eering
14-03-’97 Well Q.F. 3ZG
20-04-’97 Chassart Q.F. 2ZG

Hunter Karistua Eig./Voorjager P. Eering
Voorjaar ’97 Biervliet Q.F. 1U

Semeghini Manuela Eig./Voorjager W. Joustra
Voorjaar ’97 Belgie G.Q. G

Edo Karistua Eig./Voorjager P. Eering
23-08-’97 Amoenenb. Becken-D Q.F. k. ZG
24-08-’97 Amoenenb. Becken-D Q.F. k. G

1998 - Dansk Dynasty Ubi-bene Eig./Voorjager J. v. Haren
28-03-’98 Steenbergen Q.F. 2U
30-03-’98 Waterloo Q.F. ZG

Dansk Dynasty Vidar Eig./Voorjager L. Arens
30-03-’98 Waterloo-B Q.F. ZG

Jazz de la Mazorra Eig./Voorjager D. v.’t Land
28-03-’98 Steenbergen Q.F. 3G
13-10-’98 St.Annaland Q.F. CQN

Takese Uno Eig./Voorjager P. Eering
07-09-’98 Steenbergen Q.F. 1U-CAC
12-10-’98 St. Annaland Q.F.k. 2ZG
13-10-’98 St.Annaland Q.F. 2ZG

Ginger Karistua Eig./Voorjager L. Groot
13-10-’98 St.Annaland Q.F. 1U

Inka Karistua Eig./Voorjager p. Eering
05-09-’98 Villers-B Q.F. U
13-10-’98 St.Annaland Q.F. 1ZG

Mohawk Eig./Voorjager W. Joustra
13-10-’98 St.Annaland Q.F. 3G

Nadir delle Torricelli Eig./Voorjager F. Groenen
12-02-’98 Spanje G.Q. U
13-02-’98 Spanje G.Q. ZG


1999 - Takese Uno Eig./Voorjager P. Eering
06-03-’99 Waterloo-B Q.F. 1ZG
16-03-’99 Biervliet Q.F. 1G
18-09-’99 Steenbergen Q.F. 1G

Dansk Dynasty Vidar Eig,/Voorjager L. Arens
06-03-’99 Waterloo-B Q.F. 2ZG
06-03-’99 Waterloo-B Q.F.k. G
10-10-’99 Chassart-B Q.F. ZG

Dansk Dynasty Wiecke Eig./Voorjager J. van Haren
06-03-’99 Waterloo-B Q.F. 1ZG

Laiverd Karistua Eig./ voorjager J. Quin
10-10-’99 Waterloo-B Q.F. 2U

Q.F. = Quête à la Francaise solo; Q.F.k = koppel
G.Q.= Grande Quête (altijd in koppel) ; Q.Ch. = Quête de Chasse of Chasse Pratique

Geweldige prestaties waardoor Nederlandse voorjagers en de fokkers met hun fokproducten niet alleen het enthousiasme om met Pointers het veld in te gaan aanmoedigden, maar ook in het buitenland kwamen we steeds hoger in aanzien staan. Nederland hoorde er echt bij. Zeker als in de 21e eeuw deze trend wordt voortgezet. Voor een deel door nieuwe voorjagers, nieuwe importen en nieuw fokmateriaal. Naast de vertrouwde kennelnamen zien we grote prestaties van Pointers uit de kennels “van ’t Peelhof” van Jan Nooyen en “Dansk Dynasty” Jan van Haren.

 

 


FCI-Standard N°  1 / 28.10.2009 / GB

ENGLISH POINTER (Pointer)

ORIGIN: Great Britain.

DATE OF PUBLICATION OF THE ORIGINAL VALID STANDARD: 28.07.2009.

UTILIZATION: Pointing dog.

CLASSIFICATION F.C.I.:          

Group 7           Pointing Dogs.
Section2.1       British and Irish Pointers and Setters, Pointer.
With working trial.

GENERAL APPEARANCE: Symmetrical and well built all over, general outline a series of graceful curves. A strong but lissom appearance.

BEHAVIOUR / TEMPERAMENT: Aristocratic. Alert with appearance of strength, endurance and speed. Kind, even disposition.

HEAD

CRANIAL REGION :

Skull : Of medium breadth, in proportion to length of foreface. Pronounced occipital bone.

Stop : Well defined.

FACIAL REGION :

Nose : Dark, but may be lighter in the case of a lemon and white coloured dog. Nostrils wide, soft and moist.

Muzzle : Somewhat concave, ending on level with nostrils, giving a slightly dish-faced appearance. Slight depression under the eyes.

Lips : Well developed, soft.

Jaw/Teeth : Jaws strong, with perfect, regular and complete scissor bite, i.e. upper teeth closely overlapping lower teeth and set square to the jaws.

Cheeks : Cheek bones not prominent.

Eyes : Same distance from occiput as from nostrils, bright and kindly in expression. Either hazel or brown according to colour of coat. Neither bold nor staring, not looking down the nose. Eye rims dark, but may be lighter in the case of a lemon and white coloured dog.

Ears : Leathers thin, set on fairly high, lying close to head, of medium length, slightly pointed at tips.

NECK: Long, muscular, slightly arched, springing cleanly from shoulders and free from throatiness.

BODY:

Loin: Strong muscular and slightly arched. Short coupled.

Chest: Just wide enough for plenty of heart room. Brisket well let down, to level with elbows. Ribs well sprung and carried well back, gradually falling away at loin.

TAIL: Medium length, thick at root, tapering gradually to a point. Well covered with close hair, carried on a level with back, with no upward curl. In movement, tail should lash from side to side.

LIMBS:

FOREQUARTERS : Forelegs straight and firm, with good oval bone, with back sinews strong and visible.

Shoulder : Long, sloping and well-laid back.

Carpus (Wrist): Flat with front leg and protruding very little on inside.

Metacarpus (Pastern): Lengthy, strong and resilient. Slightly sloping.

Forefeet: Oval, well knit, arched toes, well cushioned.

HINDQUARTERS : Very muscular. The haunch bones well spaced and prominent, not above level of back.

Thigh : Good expanse of first thigh.

Stifle : Well turned.

Lower thigh : Good expanse.

Hock : Well let down.

Hind feet: Oval, well knit, arched toes, well cushioned.

GAIT / MOVEMENT: Smooth, covering plenty of ground. Driving hind action, elbows neither in nor out. Definitely not a hackney action.

COAT:

Hair :  Fine, short, hard and evenly distributed, perfectly smooth and straight with decided sheen.

COLOUR: Usual colours are lemon and white, orange and white, liver and white, and black and white. Self colours and tricolours are also correct.

SIZE AND WEIGHT :

Height at the withers: Dogs:    63 - 69 cm.

                                Bitches: 61 - 66 cm.

FAULTS: Any departure from the foregoing points should be considered a fault and the seriousness with which the fault should be regarded should be in exact proportion to its degree and its effect upon the health and welfare of the dog and on its ability to perform its traditional work.

              

DISQUALIFYING FAULTS:

  • Aggressive or overly shy.
  • Any dog clearly showing physical or behavioural abnormalities shall be disqualified.

N.B.: Male animals should have two apparently normal testicles fully descended into the scrotum.

 

 

 


Pointer

Land van herkomst: Engeland
Oorspronkelijke taak: Het voorstaan op veerwild (in het bijzonder patrijzen)

Uiterlijke kenmerken

De Pointer is een atletisch en symmetrisch gebouwde hond. Je herkent de Pointer aan de kop en de staart ( citaat Jos v Soest, keurmeester ). De kop, of eigenlijk moet ik zeggen, het hoofd is adellijk en is middelmatig breed en heeft een duidelijke stop en achterhoofdsknobbel. De kop moet ook duidelijk configerend zijn. Dwz. wanneer men een denkbeeldige lijn over de schedel van achter naar voren trekt en een lijn over de neusrug van af de stop naar het puntje van de neus moeten die twee lijnen elkaar gaan kruisen. Hierdoor ontstaat het zogenaamde idee van een wipneus.
De staart is middelmatig lang, breed aan de aanzet, uitlopend in een mooi puntje en wordt in één lijn met de rug gedragen.
De Pointer behoort tot de elegantste, krachtigste en snelste van alle rassen van voorstaande honden. De fiere borst reikt tot de ellebogen en de goed gewelfde ribben worden naar achter toe geleidelijk korter. De afstand tussen de laatste ribben en het kruis is kort De "benen" zijn lang en recht met ovale botten. De ovale "voeten" hebben goed aangesloten tenen. De hals is tamelijk lang, gespierd en ronden de zachte lippen zijn goed ontwikkeld. De middellange oren zijn vrij hoog qua aanzet en ze worden hangend, tegen het hoofd aan gedragen. De uiteinden zijn enigszins puntig.

Goed besneden onder de ogen, die helder zijn en met een vriendelijke, schrandere expressie, niet hard of starend, hazelnootkleurig of bruin in overeenstemming met de kleur van de vacht.

Neus en oogranden donker, maar lichter van kleur bij citroengele en witte honden. Wijde vochtige neusgaten. Pointers hebben een normaal scharend gebit.

Vloeiende ruime gangen. Een krachtige stuwende achterhand. Ellebogen en hakken mogen noch naar binnen noch naar buiten draaien. Hoogverheven gang in de voorhand, de zogenaamde Hackney gang, is niet toegestaan.

Reuen hebben een schouderhoogte die varieert tussen de 63 en 69 cm. Teefjes hebben een schouderhoogte die varieert tussen de 61 en 66 cm. Pointers wegen gemiddeld tussen de 20 en 25 kilo. De glanzende en kortharige vacht heeft een harde doch fijne structuur. De vacht ligt volkomen glad en recht aan en is eenvoudig te onderhouden. De kleur van de vacht kan variëren. Wit/zwart en Wit/oranje zijn veel voorkomende kleurencombinaties.

Karakter

De Pointer is een intelligente, sportieve, vriendelijke, aanhankelijke en zachtaardige hond die beschikt over een evenwichtig karakter. In de regel zijn het gehoorzame honden met een uitstekend reukvermogen en een meer dan gemiddelde jachtpassie. Ze kunnen goed omgaan met soortgenoten en zijn geduldig en vriendelijk met kinderen. Mede door zijn schranderheid en intelligentie zijn Pointers snelle leerlingen en "werken" ze graag voor de baas. De hond moet echter wel consequent doch met zachte hand opgevoed worden. Harde woorden en een navenante aanpak komen het zachte karakter van de hond niet ten goede.

Gebruiksmogelijkheden en beweging

Pointers zijn gespecialiseerd in het voorstaan op veerwild, in het bijzonder op patrijzen. De Pointer moet hazerein te zijn.
Pointers hebben erg veel beweging nodig. Naast de dagelijkse korte wandelingetjes moet de eigenaar er minstens een uur voor uittrekken om de hond lekker niet aangelijnd te laten rennen en ravotten. Lopen naast de fiets zou een optie kunnen zijn en kan e Pointer zeker worden aangeleerd. Pointers zijn vrijwel onvermoeibaar en ondanks hun korte beharing zijn ze weinig gevoelig voor kou en nattigheid.

 

 

 

Meer artikelen …

Over de NPC

De doelstelling van de NPC is om Liefhebbers van de Pointer nader tot elkaar te brengen, om de liefhebberij voor het ras in Nederland te bevorderen en om de kwaliteit van het ras te veredelen. Wilt u hier onderdeel van uitmaken, kijk dan snel hoe u lid kunt worden. Meer informatie hierover kunt u hier vinden. 

Contact

Neem contact met ons op. U kunt ons bereiken door het contactformulier in te vullen. We zullen uw mail dan zo spoedig mogelijk beantwoorden.